Aanbieding

Beagle hond ligt uitgeput met hoofd op kussen

Bij honden met epilepsie ontstaat een te grote elektrische activiteit die voor 'kortsluiting' zorgt in de hersenen

© Surachet Meewaew / Shutterstock

Mijn hond heeft epilepsie, wat nu?

Door BSc Baukje Beers Dierenarts

Bijgewerkt op

Epilepsie is een vervelende ziekte die het leven van je hond enorm kan belemmeren. De aandoening kan gepaard gaan met hele heftige aanvallen waarbij je hond niet meer aanspreekbaar is. Bij elke aanval is er een risico op hersenschade, maar gelukkig zijn er verschillende behandelingen mogelijk voor een hond met epilepsie. Maar wat is epilepsie precies?

Wat is epilepsie ?

Epilepsie is een aandoening van de grote hersenen gekenmerkt door aanvallen van ‘abnormaal gedrag’. Een epileptische aanval (ook wel een toeval genoemd) kan van alles zijn: van het vallen op de grond naar het plotseling verstijven tot het happen naar denkbeeldige vliegen. Bij elke hond ziet epilepsie er dus anders uit. Echter, je spreekt pas van epilepsie als het gedrag aanvalsgewijs optreedt en je het gedrag niet kan stoppen.

Maar wat gebeurt er dan in de hersenen? De hersenen bestaan uit hersencellen die onderling acties doorgeven door middel van een elektrische signaal. Bij epilepsie ontstaat een overmatige elektrische activiteit in de grote hersenen, waardoor er een soort ‘kortsluiting’ ontstaat bij de signaaloverdracht. Hoe een epileptische aanval eruit ziet, hangt af van waar in de hersenen de kortsluiting ontstaat. 

Verschillende soorten epileptische aanvallen

Er zijn grofweg twee soorten epileptische aanvallen te onderscheiden:

  • Meestal is er sprake van een gegeneraliseerde toeval. Bij deze vorm van epilepsie zijn de gehele hersenen betrokken. 
  • Bij een focale toeval is maar een klein deel van de hersenen betrokken. Hoe de aanval eruit ziet, is daarom ook afhankelijk van het betrokken deel van de hersenen. Een aanval kan in dit geval ook heel subtiel zijn, zoals een plotselinge verandering in gedrag. 

Bij zowel de focale als de gegeneraliseerde toeval is er vaak sprake van (gedeeltelijk) bewustzijnsverlies. Zo kan je een toeval onder andere onderscheiden van gedrag. 

Oorzaken van epilepsie

Bij honden bestaan er drie soorten oorzaken van epilepsie: Primaire epilepsie, secundaire epilepsie en reactieve epilepsie. 

Primaire epilepsie

Bij primaire epilepsie is de oorzaak van de epilepsie onbekend. Vaak is deze type epilepsie erfelijk. Naast de epileptische aanvallen zijn de honden helemaal gezond. Er worden, naast de aanvallen, geen afwijkingen bij de honden gevonden. Je ziet de eerste aanval meestal rond een leeftijd van 6 maanden tot 5 jaar.

Primaire epilepsie kan voorkomen bij alle rashonden én kruisingen, maar komt bij bepaalde rassen vaker voor, zoals : Beagle, Berner Sennenhond, Boxer, Golden Retriever, Keeshond, Labrador Retriever en Springer Spaniël. Ook wordt epilepsie steeds vaker gezien bij de labradoodle.

Secundaire epilepsie

Bij secundaire epilepsie is er een afwijking aanwezig in de grote hersenen. Dit kunnen verschillende afwijkingen zijn. Denk hierbij aan een aangeboren afwijking, een vorm van trauma aan de hersenen, een tumor, een ontsteking of een hersenbloeding. Als je de oorzaak weghaalt, dan zal de epilepsie ook verdwijnen. 

Reactieve epilepsie

Bij een reactieve epilepsie heeft je hond een andere ziekte die kan zorgen voor epileptische aanvallen. Ook kunnen toevallen ontstaan door vergiftigingen. Onder andere stofwisselingsziektes, leverziektes en nierziekten kunnen indirect zorgen voor een verstoring in de hersenen. Ook bij deze vorm van epilepsie geldt: als je de oorzaak weghaalt, zal de epilepsie verdwijnen. 

Liggende labradoodle epilepsie
Epilepsie wordt steeds vaker vastgesteld bij de populaire Labradoodle  ©Dina Uretski

Symptomen epilepsie: Zo herken je epilepsie bij jouw hond

De volgende symptomen kunnen duiden op een epileptische aanval:

  • Buiten bewustzijn (en daardoor omvallen) 
  • Rillen
  • Naar lucht happen
  • Krampachtige bewegingen van het lichaam 
  • Schuimbekken 
  • Urine laten lopen 
  • Fietsbewegingen

De epileptische aanval in 3 fases

Bij de meeste honden met epilepsie is er sprake van een gegeneraliseerde aanval. Bovengenoemde symptomen zijn de symptomen op het moment van de toeval. Een epileptische aanval bestaat echter uit 3 fases. 

Fase 1: Voor de aanval (Aura)

Voordat de hond in een epileptische aanval schiet, kan die al ander gedrag gaan vertonen. Welk gedrag de hond precies gaat vertonen, is verschillend per hond. Sommige honden trekken zich wat meer terug, anderen zoeken je misschien meer op. Deze fase is in het begin lastig om te herkennen, maar kan soms wel een paar dagen duren! 

Fase 2: De aanval (ictus) 

De daadwerkelijke aanval valt natuurlijk het meest op. Tijdens de ictus worden de volgende verschijnselen vaak gezien:

  • Buiten bewustzijn (en daardoor omvallen) 
  • Rillen
  • Naar lucht happen
  • Krampachtige bewegingen van het lichaam 
  • Schuimbekken 
  • Urine laten lopen 
  • Fietsbewegingen

De ictus kan wel een paar minuten duren. Duurt de aanval langer dan 10 minuten? Dan moet je ingrijpen en direct een dierenarts bellen! Wanneer een aanval té lang duurt, kan er namelijk blijvende schade ontstaan aan de hersenen.

3) Na de aanval (post-ictaal)

Na een aanval zijn de meeste honden wat in de war. Honden schudden zich uit, kijken verbaasd om zich heen en lopen verward rond. Ook zoeken ze troost bij hun baasjes, en begrijpen niet goed wat er is gebeurd. Het bewustzijn is nog vaak verminderd, en je hond kan zich daarom ook wat anders gaan gedragen. 

Een epileptische aanval vindt vaker plaats na een stressvolle situatie. Probeer stressvolle situaties daarom zoveel mogelijk te voorkomen! 

Niet zulke duidelijke symptomen?

In sommige gevallen is een epileptische aanval helemaal niet zo duidelijk als hierboven is beschreven. Een toeval kan zich namelijk ook uiten in afwijkend gedrag of gedragsveranderingen (waaronder agressiviteit). Vaak hebben de dieren dan ook een verminderd bewustzijn. Is dat het geval? Dan is het handig om een filmpje te maken van dit gedrag en bij te houden hoevaak het voorkomt. De dierenarts kan dan kijken of er hier sprake is van een toeval of dat er iets anders speelt.

Wat moet je doen tijdens een epileptische aanval ?

Wanneer je voor het eerst een epileptische aanval ziet, kan dit enorm beangstigend zijn! Natuurlijk wil je graag je hond helpen, maar het is belangrijk om je te realiseren dat een epileptische aanval niet te stoppen is. Blijf daarom op een afstandje wachten tot de aanval voorbij is, en maak eventueel een filmpje voor de dierenarts.  

De volgende aandachtspunten zijn belangrijk wanneer je hond een aanval heeft :

  • Sommige mensen zijn bang dat hun hond kan stikken tijdens een aanval, en proberen de tong uit de bek te trekken. Doe dit niet! Je hond is buiten bewustzijn en kan om zich heen happen en bijten. De kans is aanwezig dat je hond je onbewust verwond als je hem probeert te helpen. 
  • Laat het dier tijdens de aanval met rust! 
  • De aanval duurt meestal kort. Wanneer de aanval echter langer dan 10 minuten duurt, dan is het spoed! Bel dan direct de dierenarts, want er is sprake van een status epilepticus
  • Pas als het dier je weer herkent, mag je hem troosten.
Hond ligt moe op bank na epileptische aanval
Na een epileptische aanval zijn honden vaak nog in de war. Pas als zij je weer herkennen kun je ze gaan troosten. ©Ilona Shorokhova / Shutterstock

Diagnose: Hoe stelt de dierenarts epilepsie vast?

De diagnose epilepsie wordt gesteld door de dierenarts. Het is voor de dierenarts belangrijk om een goed beeld te krijgen van de aanval. Filmpjes en duidelijke beschrijven helpen hierbij. Een overzicht van de hoeveelheid aanvallen kan ook helpen om de ernst in te schatten. 

Om een onderliggende oorzaak van de epilepsie te kunnen achterhalen, zal de dierenarts je hond uitgebreid onderzoeken en is meestal bloedonderzoek nodig om bepaalde ziektes (zoals lever- of nierziektes) uit te sluiten. Wanneer er geen afwijkingen worden gevonden, dan is er meestal sprake van primaire epilepsie.

Behandeling: Is epilepsie goed te behandelen?

Wat heel belangrijk is om te realiseren, is dat epilepsie niet zomaar verdwijnt. Dieren moeten levenslang behandeld worden en zelfs dan verdwijnen de toevallen niet volledig. Je behandelt dus om het aantal toevallen tot een minimum te beperken. Elke keer dat je hond namelijk een aanval heeft, kan er blijvende schade ontstaan in de hersenen. 

Een behandeling staat uit 2 delen: Als eerste moet de onderliggende oorzaak worden behandeld (indien er geen sprake is van primaire epilepsie). Daarnaast moet de epilepsie worden behandeld.

Wel of niet behandelen... Hoe bepaald de dierenarts dat?

Niet alle honden met epilepsie hoeven behandeld te worden. Als er nog maar één aanval is gezien, wordt er eigenlijk nooit al met medicatie gestart. Om te bepalen of je hond behandeld moet worden met anti-epileptica, zal de dierenarts een inschatting maken van de ernst van de epilepsie. Bijvoorbeeld: wanneer je hond maar één aanval per jaar heeft, wordt er vaak voor gekozen om niet te behandelen.

Het middel moet niet erger zijn dan de kwaal. 

Wanneer wordt er dan wel gekozen voor een medicamenteuze behandeling?

  • Wanneer er meerdere toevallen zijn in 6 weken tijd
  • Wanneer er sprake is van clustering (twee of meer aanvallen in 24h)
  • Bij een lange aanval of als er sprake is van status epilepticus (spoed!)
  • Wanneer er ernstige symptomen te zien zijn na een aanval 

Soorten anti-epileptica

  •  Fenobarbital : meestal de eerste keuze bij honden en katten. Het is een goedkoop, effectief en weinig toxisch middel. Het duurt echter wel even voordat er een stabiele bloedspiegel is bereikt (het duurt ongeveer twee weken voordat er een zogenaamde 'steady state' is bereikt: dan zie je meestal pas effect van de behandeling).
  • Imepitoine (Pexion) : Dit middel wordt ook vaak gebruikt. Het is minder effectief dan fenobarbital, maar heeft ook minder bijwerkingen. Daarnaast wordt er snel een stabiele bloedspiegel bereikt (je ziet sneller effect).
  • Diazepam (Valium): Dit middel geef je wanneer je hond zich in status epilepticus bevindt (vaak rectaal toegediend als je thuis bent). Het is niet geschikt voor een lange-termijn therapie. 
  • (Kaliumbromide) 
Dieren met epilepsie moeten levenslang behandeld worden. Als je plots stopt met het geven van anti-epileptica, kunnen de aanvallen zelfs heftiger worden. 

Homeopathische middelen: wel of niet?

De standaard behandeling van epilepsie bestaat uit anti-epileptica. Anti-epileptica hebben echter ook bijwerkingen, en sommige mensen vinden die bijwerkingen niet opwegen tegen het resultaat. Er bestaan ook homeopathische middelen die soms effectief kunnen zijn tegen epilepsie. Een mooi voorbeeld hiervan is CBD-olie. Bij een klein percentage honden kan dit een positief effect hebben en de hoeveelheid epileptische aanvallen verminderen. In overleg met je dierenarts is het mogelijk om deze middelen te proberen. Je moet je wel realiseren dat veel van deze middelen geen wetenschappelijke onderbouwing hebben en de kans groot is dat het niet (voldoende) werkzaam is. Wanneer homeopathische medicatie niet werkt, is het daarom wel belangrijk om ook anti-epileptica te proberen! 

Wellicht ook interessant:

Wat vond je van dit advies artikel?

Bedankt voor je feedback !

Bedankt voor je feedback !

1 mensen vonden dit artikel nuttig.

Laat een reactie achter
Log in om een reactie te plaatsen