Een hond maakt deel uit van de familie en voelt voor veel mensen als een kind. Het is dan ook niet gek dat de vraag of een hond dit ook zo voelt bij veel hondenhouders in de gedachten speelt. Onderzoekers van de Weense Universiteit voor Diergeneeskunde namen de proef op de som en trokken een eenduidige conclussie.
Het veilige basis effect
De onderzoekers maakte gebruik van de theorie van 'het veilige basis effect'. In de psychologie wil dit zeggen dat een jong kind zich veilig voelt bij de ouders en daarom risico's durft te nemen zolang de ouders of verzorgers in de buurt zijn. Zonder hun aanwezigheid is het kind angstiger en onzekerder. Het kind ziet de ouders met andere woorden als vangnet. De Weense universiteit vroeg zich af of dit voor pups in de nabijheid van hun mensenfamilie op dezelfde manier zou werken.
Hondenkinderen
Ze boden de pups allerlei uitdagingen aan, en de verzorgers waren ofwel dichtbij en aanmoedigend, ofwel aanwezig en stil, ofwel helemaal afwezig. Wat bleek: de puppy presteerden beter als hun verzorgers in de buurt waren om aan te moedigen. Het gedrag leek veel op dat van mensenkinderen.
En, nog iets opmerkelijks: zodra de hond in een lege kamer werd geplaatst met een kledingstuk van zijn verzorgers, probeerde deze het voorwerp vast te grijpen en er bovenop of ernaast zitten tot het familielid terugkwam.
Conclusie: honden zien er misschien een beetje anders uit dan onze mensenkinderen, maar iedereen die de zin "het is maar een hond" in de mond neemt, heeft geen idee - de band is voor onze honden net zo bijzonder als voor ons.