Tibetaanse terriër
Andere namen: Tsang Apso, Dhoki Apso, Tibetan Terrier
#42
Wamiz's top rassen

Ondanks hun naam is de Tibetaanse terriër geen terriër. Ze werden aanvankelijk gebruikt als kudde- en waakhond voordat het de hulphond werd zoals we die nu kennen. Ze worden in Tibet als heilig beschouwd en zijn veel levendiger dan hun soortgenoten in dezelfde groep. Ze zijn vrolijk, gehoorzaam en erg slim, daarom passen ze prima in een adoptiegezin.
Algemene informatie Tibetaanse terriër
Herkomst en geschiedenis
Deze honden hebben hun oorsprong in Tibet, vandaar de naam, maar in Groot-Brittannië werd dit hondenras verder ontwikkeld. In de 20e eeuw heeft Dr. Agnes Greig de eerste exemplaren naar Europa gehaald. Het Chinese ras wordt vervolgens in 1957 erkend door de FCI.
FCI groep
FCI groep
Groep 9 - Gezelschapshonden
Rubriek
Uiterlijke kenmerken Tibetaanse terriër
Grootte Tibetaanse terriër
Teef : 35 tot 40 cm
Reu : 36 tot 41 cm
Gewicht Tibetaanse terriër
Teef : 8 tot 13 kg
Reu : 8 tot 13 kg
Vachtkleur Tibetaanse terriër
Alle kleuren zijn toegestaan (wit, goud, grijs, zwart, etc.) behalve chocoladebruin en leverbruin. Er zijn ook twee- of driekleurige soorten.
Vachttype
De vacht is lang.
De Tibetaanse Terriër heeft een dubbele vacht: de bovenvacht is weelderig, fijn zonder zijdeachtig of wollig te zijn, recht of golvend, maar nooit gekruld.
De ondervacht is fijn en wollig.
Oogkleur Tibetaanse terriër
De ogen zijn donkerbruin gekleurd.
Uiterlijke kenmerken Tibetaanse terriër
De Tibetaanse Terriër is iets kleiner dan een middelgrote hond en bedekt met weelderige vacht. De kop is niet massief, maar stevig met een korte snuit en een goed ontwikkelde onderkaak. De ogen zijn groot en rond. De oren zijn V-vormig en hangen. De romp is compact en krachtig. De poten zijn recht en gespierd. De staart is van gemiddelde lengte en wordt speels op de rug gedragen.
Goed om te weten
In Tibet werd deze hond als heilig beschouwd en worden ze nog steeds de "Heilige Hond van Tibet" genoemd.